Geldof Moordenaar! Print
Written by Koenraad Elst   
Sunday, 19 April 2015 20:06

Ontwikkelingshulp is larie. Eerlijke handel, ja. Hulp, nee. Departement ontwikkelingssamenwerking, weg ermee.

Bob Geldofs “live aid”-campagne van twintig jaar geleden heeft meer kwaad dan goed gedaan. Ze heeft de deportatiepolitiek van het toenmalige marxistische bewind in Ethiopië materieel ondersteund en de voedselmarkt van het (ondanks alles zelfbedruipende) Soedan ontwricht, met in beide landen vele verhongerde boerengezinnen tot gevolg. Geldof probeerde dat vorige zaterdag te verdoezelen door op het podium in het Londense Hyde Park tijdens het “live 8”-concert een 20-jarige donkere schoonheid op te voeren, nu studente landbouwingenieur maar toen als zuigeling “tien minuten verwijderd van een zekere dood”. Terwijl Geldof de Afrikaanse muzikanten naar een zijpodium in Cornwall weggedirigeerd had, mocht zij de rol spelen van het dankjewel-knikkende negertje waarin wij destijds onze zakcent voor de missies gooiden. De schroomvolle jongedame was zichtbaar gegeneerd toen ze in de armen geworpen werd van Madonna, een showbiz-del op haar retour.

Wat denkt de Derde Wereld over Bob Geldofs nieuwste show van goedheid? Eén standpunt dat zeker de aandacht trekt, circuleert in de vorm van een gedicht (weliswaar zonder rijm of ritme), een echt schimpvers. Het zou geschreven zijn door Arundhati Roy, een veelgelauwerde kaviaarlinkse schrijfster uit India, altijd van de partij wanneer de progressieve stemmen zich tegen het rechtse kwaad verheffen. De vertoning in Londen deed haar blijkbaar zodanig walgen dat ze haar afkeer op papier moest zetten. Het gedicht heet Killers in Hyde Park en we lezen het even mee, strofe per strofe.

“White killers of million Iraqi children and women
dance half nude at this 'great' concert in the park.
Hype aging celebs and rockers, clawing at charity,
crowing even over victims of their colonial plunder.
Cry for poor Africa!”

Let op het openingswoord. U dacht misschien over uzelf als “Westerling”, of universeler nog, als “mens”, maar de dichters van morgen zien dat heel wat lichamelijker: u bent “blank”. Welkom bij het tiersmondisme anno 2005. En zeg nu vooral niet dat huidskleur onbelangrijk is, want dát juist zien zij als een uiting van het bij uitstek blanke voorrecht tot kleurenblindheid.

Wat meer is: als blanke bent u medeschuldig aan alles wat elke andere blanke ooit aan niet-blanken of halfblanken aangedaan heeft. Het premoderne beginsel van de “collectieve schuld” is aan een indrukwekkende comeback bezig. Koloniale plundering bv., dat hebt ú gedaan. Niet zozeer de koloniale opbouw, bv. de verspreiding van het Engels als verbindingstaal zodat Arundhati Roy de Booker-prijs kon winnen, maar zeker wel de koloniale vernielingen. U bent ook schuldig aan de oorlog die blanke Bush en blanke Blair in Irak ontketend hebben. Nee, niet “antiracist Blair”, wel “blanke Blair”, want in de nieuwe wereldorde is ideologie van veel minder tel dan huidskleur. Begin er dus ook niet over dat de meeste deelnemers aan het concert in Londen, artiesten zowel als toeschouwers, geheid tegenstanders waren van de oorlog in Irak. Samen met hun burgemeester, de extreemlinkse Labour-dissident Ken Livingstone, hebben zij er massaal tegen betoogd. Maar dat pleit hen niet vrij: zij behoren tot het blanke ras en zijn bijgevolg schuldig, “moordenaars”.

Wees echter dankbaar voor je vijanden, want zij zeggen soms de harde maar broodnodige waarheid. Merk in deze strofe met name de walging op voor de vermenging van liefdadigheid met het uiterst vulgaire hedonisme van de rockcultuur. In Afrika lopen er ook veel mensen halfnaakt, maar zij behouden een onmiskenbare waardigheid. Die vindt men zelden bij de jonge concertgangers en nog minder bij de overjaarse sterren op het podium. Er is een pijnlijke discrepantie tussen de ernst van de armoede en de roes van deze rotverwende “weldoeners”. Zelfs bedelaars voelen zich ongemakkelijk bij caritas die de vorm aanneemt van een lallend en zwelgend exhibitionisme.

“The Anglo media (Rod Liddle, Clarkson, Keegan et al.),
low class, unintelligent as ever, lap it all up.
‘Aren’t we good? Aren't we gods? African leaders are evil and bad.’”

We gaan hier niet de eer van de media verdedigen. Zij zijn doorslaggevend in de hedendaagse vermenging van liefdadigheid met egostreling en vulgariteit, bv. in het geval van prinses Diana, de wulpse weldoenster wier garderobe misschien meer kostte dan het onderwijsbudget van Swaziland. Problematischer in dit vers is wel de verdachtmaking tegen de Westerse kritiek op Afrikaanse leiders als Robert Mugabe. De vaststelling dat er inderdaad iets boosaardigs schuilgaat in Mugabe’s beleid is echt niet herleidbaar tot blanke zelfverheerlijking-door-contrast. Die vaststelling wordt ook gedaan door mensen, blank en gekleurd, die destijds de machtsovername door Mugabe toejuichten. De voorstelling van kritiek op Afrikaanse potentaten als louter blanke zelfrechtvaardiging is niet het eerste staaltje van krasse veralgemening in dit gedicht.

“Tomorrow the next bombs will fall,
more mines will explode.
Let's sing it in their cathedrals, let's sing it in their malls
to the corrupt and Christian leaders of the west.
‘You sold it, now the gall
to blame it on the African tall.’
You cannot fool the world. Conveniently forget Kabul, Kandahar, and Iraq where
through the debris of your daily bombs maimed children must crawl.”

Toch één strofe die een beetje rijmt. Maar als ik de media mag geloven, en dat is natuurlijk wel een enorme “als”, leggen tegenwoordig vooral plaatselijke moslims de bommen die wekelijks honderden doden en verminkten maken in Irak. En tevoren was het Saddam Hoessein die Iraki’s bij tienduizenden over de kling joeg. Heeft onze dichteres dááraan ooit een versje gewijd?

Nu goed, de Anglo-Amerikaanse invasie heeft zeker slachtoffers gemaakt, net als het hongerembargo van president Clinton dat volgens diens buitenlandminister Madeleine Albright “de prijs (in Iraakse mensenlevens) waard was”. De Tony Blair met wie Bob Geldof zo goed bevriend is, en op wie hij rekent om de Afrikaanse landen hun schulden te doen kwijtschelden, heeft zeker wel een beetje Iraaks bloed aan zijn handen. Zijn wapenverkoop aan diverse Afrikaanse machthebbers is zeker een mede-oorzaak van heel wat lijden op het zonnige werelddeel. Toch zijn het de Rwandezen zelf die mekaar uitgemoord hebben, niet hun wapenleveranciers. In hun geval deden ze het trouwens met zelfgemaakte of uit China ingevoerde machetes, niet met het soort high-tech wapentuig waarvoor een Blair of een Louis Michel al eens een transactie regelt.

“Keep out, keep out of our countries.
Binge drunk, brawl and copulate in your own city centres.
Don't export your culture of yobs.”

En hier tenslotte nogmaals de waarschijnlijke aanleiding tot dit schimpdicht, de onmiddellijke oorzaak van de verontwaardiging waaruit het is opgeborreld: het afstotelijk vulgaire gedrag van het rockvolkje dat zich als weldoener van de arme Afrikaantjes aanstelt. Negers zijn niet preuts en Arundhati Roy is een moderne vrouw, gescheiden en samenwonend, dus aan begrip voor de wat lossere zeden van het hedendaagse Westen zal het hun niet ontbreken. Maar trop is teveel. In de koloniale tijd werden Europeanen vaak gehaat of gevreesd, maar ook nagebootst en alleszins gerespecteerd; vandaag worden onze opzichtigste cultuurdragers verafschuwd en uitgespuwd.

Na het neerhalen van de WTC-torens als economisch hart van het hedendaagse Westerse systeem pleegden moedjahedin ook een aanslag op een door Australiërs gefrequenteerd uitgaanscentrum in Bali dat als uithangbord van de Westerse cultuur kon dienen. Blanke toeristen etaleerden er hun gebrek aan respect voor de plaatselijke bevolking door in het openbaar te zuipen, te snuiven, te kotsen en te copuleren. Enkele moslims reageren daarop met geweld, miljoenen anderen houden het op een superieur stilzwijgen. Maar hun oordeel is overduidelijk: met zulke varkens hebben zij liefst zo min mogelijk te maken, zelfs niet onder de naam “solidariteit” of “hulp”.